Stel de ontvangstbewerking (ontvangstmodus) in.
Meer informatie over het instellen van de ontvangstmodus:
U kunt de juiste modus selecteren.
Meer informatie over de te selecteren ontvangstmodus:
Informatie over de ontvangstmodus
De bedieningsprocedure voor ontvangst verschilt, afhankelijk van de geselecteerde ontvangstmodus.
Meer informatie over de ontvangstmethoden voor de verschillende ontvangstmodi:
Als u één telefoonlijn wilt gebruiken voor faxen en spraakoproepen, moet u een telefoon of antwoordapparaat aansluiten op de aansluiting voor extern apparaat van dit apparaat.
Voor meer informatie over het aansluiten van de telefoon of het antwoordapparaat op het apparaat:
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het selecteren van de ontvangstmodus.
Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Druk op de knop FAXEN (FAX).
Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven.
Druk op de knop Menu.
Het scherm Menu FAX (FAX menu) wordt weergegeven.
Selecteer met de knop de optie Ontv.modus instellen (Receive mode set.) en druk vervolgens op de knop OK.
Gebruik de knop om de ontvangstmodus te selecteren en druk op de knop OK.
Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven waarin u wordt gevraagd of u geavanceerde instellingen wilt opgeven.
Als u Ja (Yes) selecteert en op de knop OK drukt, kunt u de geavanceerde instellingen van elke ontvangstmodus opgeven.
Geavanceerde instellingen van de ontvangstmodus
Een * (sterretje) op het LCD geeft de huidige instelling aan.
Als DRPD is geselecteerd, kunt u het faxbelpatroon selecteren in het scherm DRPD: faxinbelpatr. (DRPD: FAX ring pat.).
Voor meer informatie:
Als u zich hebt geabonneerd op een DRPD-service (Distinctive Ring Pattern Detection) die door uw telefoonmaatschappij wordt geleverd, wijst deze maatschappij twee of meer telefoonnummers met verschillende belpatronen toe aan uw afzonderlijke telefoonlijn. Hierdoor kunt u met één telefoonlijn verschillende nummers hebben voor faxen en spraakoproepen. Het belpatroon wordt automatisch gecontroleerd in het apparaat. Als het belpatroon een fax is, wordt de fax automatisch ontvangen.
Als u DRPD wilt gebruiken, volgt u de onderstaande procedure om een belpatroon voor faxen in te stellen dat overeenkomt met het patroon dat is toegewezen door uw telefoonmaatschappij.
Neem contact op met uw lokale telefoonmaatschappij voor uitgebreide informatie over deze service.
Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Druk op de knop FAXEN (FAX).
Het stand-byscherm voor faxen wordt weergegeven.
Druk op de knop Menu.
Het scherm Menu FAX (FAX menu) wordt weergegeven.
Selecteer met de knop de optie Ontv.modus instellen (Receive mode set.) en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer met de knop de optie DRPD en druk vervolgens op de knop OK.
Er wordt een bevestigingsscherm weergegeven waarin u wordt gevraagd of u geavanceerde instellingen wilt opgeven.
Selecteer met de knoppen de optie Ja (Yes) en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer met de knop de optie DRPD: faxinbelpatr. (DRPD: FAX ring pat.) en druk vervolgens op de knop OK.
Het scherm DRPD: faxinbelpatr. (DRPD: FAX ring pat.) wordt weergegeven.
Selecteer met de knop het belpatroon dat uw telefoonmaatschappij heeft toegewezen aan uw faxnummer en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer uit Normale bel (Normal ring), Dubbele bel (Double ring), Kort-kort-lang (Short-short-long) of Kort-lang-kort (Short-long-short).
Een * (sterretje) op het LCD geeft de huidige instelling aan.
Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
U kunt een geschikte ontvangstmodus voor uw faxomgeving selecteren: bijvoorbeeld wanneer u een speciale lijn voor faxen gebruikt, enzovoort.
Ontvangstmodus |
Uw faxomgeving |
Ontvangstbewerking |
---|---|---|
Modus tel.prioriteit (TEL priority mode) |
Als u voornamelijk spraakoproepen ontvangt (met een telefoon of een antwoordapparaat dat op het apparaat is aangesloten): |
De telefoon gaat over wanneer er een oproep binnenkomt. Neem de hoorn op. Als het een spraakoproep betreft, kunt u via de telefoon spreken. Als het een faxoproep betreft, hangt u de hoorn op nadat het apparaat de fax begint te ontvangen.
Opmerking
|
DRPD of Netwerkschakelaar (Network switch) |
Als u spraakoproepen ontvangt (met een telefoon of een antwoordapparaat dat op het apparaat is aangesloten) en bent geabonneerd op een service voor herkenning van belpatronen die door uw telefoonmaatschappij wordt geleverd: |
De telefoon gaat over wanneer er een oproep binnenkomt. Het apparaat herkent een faxoproep aan het faxbelpatroon. Als het een faxoproep betreft, ontvangt het apparaat automatisch de fax. Als het apparaat het belpatroon voor faxen niet detecteert, blijft de telefoon overgaan.
Opmerking
|
Modus alleen fax (Fax only mode) |
Als u geen spraakoproepen ontvangt: |
Als er een fax binnenkomt, ontvangt het apparaat automatisch de fax.
Opmerking
|
Naar boven |