naar hoofdtekst gaan

Servercertificaat genereren

Wanneer u een SSL-verbinding via het IPv6-netwerk gebruikt, moet u een IPv6-servercertificaat genereren via de printer.

Genereer het servercertificaat via Externe UI.

Voer de volgende procedure uit.

  1. Het IP-adres van de printer controleren

  2. Servercertificaat genereren

  3. Gegenereerde servercertificaat controleren

Belangrijk

  • Als u een IPv6-servercertificaat genereert, kan er een waarschuwingsbericht verschijnen als u Externe UI gebruikt.

    Als u het IPv6-servercertificaat wilt resetten, selecteert u Beveiliging (Security) > TLS-serverinstellingen (TLS server settings) > Sleutel en certif. verwijderen (Delete key and certificate) in deze volgorde en selecteert u OK op het weergegeven scherm.

Het IP-adres van de printer controleren

  1. Selecteer LAN-instellingen (LAN settings) in het HOME-scherm.

  2. Selecteer het ingeschakelde LAN.

    Er worden diagonale lijnen weergegeven voor uitgeschakelde LAN-pictogrammen.

  3. Controleer de waarde op IPv6 link-local adres (IPv6 link-local address).

    Noteer de waarde bij IPv6 link-local adres (IPv6 link-local address) ter referentie wanneer u een servercertificaat genereert.

Servercertificaat genereren

  1. Start Externe UI.

  2. Selecteer Beveiliging (Security).

  3. Selecteer TLS server settings.

  4. Selecteer Sleutel en certific. genereren (Generate key and certificate).

  5. Selecteer Zelfondertek. cert. genereren (Generate self-signed cert).

  6. Geef elke instellingsitem op.

    • Key algorithm

      Geef het handtekeningalgoritme en de sleutelinformatie op.

    • Geef de vervaldatum op.

      Voer bij Geldig vanaf (Valid from) de datum in waarop u het servercertificaat hebt gegenereerd.

      Voer bij Geldig tot (Valid to) de datum in waarop het servercertificaat vervalt.

    • Voer de gangbare naam in.

      Op Gangbare naam (Common name) voert u de IPv6 link-local adres (IPv6 link-local address) in afgekorte vorm in.

      Opmerking

      • Als u de algemene naam invoert, voegt u [ ] toe aan elk uiteinde van de afgekorte waarde van het IPv6-adres van de printer.

      • Gebruik geen komma of spatie voor de gangbare naam.

  7. Selecteer Volg. (Next).

    Voer indien nodig Land (Country), Provincie (State or province), Plaats (Locality), Organisatie (Organization) en Afdeling (Organizational unit) in.

    Voer bij Alternatieve onderwerpnamen (Subject Alternative Names) dezelfde informatie in als bij Gangbare naam (Common name).

  8. Selecteer Genereren (Generate).

    Het servercertificaat wordt gegenereerd.

    Wanneer het genereren van het servercertificaat is voltooid, wordt Zelfondertekend certificaat gegenereerd. (Generated a self-signed certificate.) weergegeven.

  9. Selecteer LAN opnieuw starten (Restart LAN).

    Het LAN wordt opnieuw gestart.

    Als het LAN opnieuw is gestart, wordt Prtrstatus (Printer status) weergegeven bij Externe UI.

    Opmerking

    • Als u geen toegang tot Externe UI hebt nadat u het LAN opnieuw hebt gestart, laadt u de webbrowser opnieuw.

Gegenereerde servercertificaat controleren

  1. Selecteer Beveiliging (Security) in Externe UI.

  2. Selecteer TLS server settings.

  3. Selecteer Sleutel en certif. controleren (Check key and certificate).

    Zorg ervoor dat de uitgever van het basiscertificaat wordt weergegeven op Uitgegeven door (Issued by), en dat de waarde die u hebt ingevoerd wordt weergegeven op Gangbare naam (Common name) op Houder (Subject).