<Bestanden opslaan/gebruiken (Store/Access Files)>

Alle instellingen voor het op een USB-geheugenapparaat opslaan van het gescande document, of het afdrukken van opgeslagen bestanden, verschijnen in een lijst met korte toelichting.

<Algemene instellingen (Common Settings)>

Configureer de standaardinstellingen voor het opslaan van bestanden en het afdrukken uit geheugenmedia.

<Scan- en opslaginstellingen (Scan and Store Settings)>

Configureer instellingen om de gescande documenten op te slaan op een USB-geheugenapparaat.

<Instellingen USB-geheugen (USB Memory Settings)>

U kunt de instellingen die worden gebruikt voor het opslaan van gegevens op een USB-geheugenapparaat, wijzigen en registreren.

<Standaardinst. wijzigen (USB-geheugen) (Change Default Settings (USB Memory))>

Hiermee kunt u instellingen opgeven voor het opslaan van gescande originelen op een USB-geheugenapparaat. De geselecteerde instellingen worden gebruikt als de standaardinstellingen voor het scannen van originelen. De standaard instellingen voor functies wijzigen

<Toegangsinstellingen opgesl. bestanden (Access Stored Files Settings)>

U kunt de instellingen veranderen om bestanden die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat af te drukken, en de methode om ze weer te geven.

<Standaardinstellingen wijzigen (Geheugenmedia afdruk) (Change Default Settings (Memory Media Print))>

U kunt de standaardinstellingen voor het afdrukken uit geheugenmedia veranderen. De hier geconfigureerde instellingen worden gebruikt als de standaardinstellingen voor het afdrukken uit geheugenmedia. De standaard instellingen voor functies wijzigen

<Standaard weergave-instell. (Default Display Settings)>

Selecteer Voorbeeld / Details als de methode om bestanden in een USB-geheugenapparaat weer te geven.

<Functie-instellingen (Function Settings)>

Selecteer de weergavemethode

<Voorbeeld (Preview)>
Geeft een voorbeeldafbeelding weer.

<Details (Details)>
Geeft bestandsnamen en datums weer in een lijst.

<Standaardinst. bestandssort. (File Sort Default Settings)>

Geef aan of u de bestanden op een USB-geheugenapparaat oplopend of aflopend wilt sorteren op bestandsnaam of datum.

<Functie-instellingen (Function Settings)>

<Standaardinst. bestandssort. (File Sort Default Settings)>

Selecteer de volgorde voor het weergeven van bestanden

<Weergavestijl bestandsnaam (File Name Display Format)>

Geef aan of u korte of lange namen wilt weergeven voor bestanden op een USB-geheugenapparaat.

<Functie-instellingen (Function Settings)>

Selecteer <Korte bestandsnaam (Short File Name)> of <Lange bestandsnaam (Long File Name)>

<Korte bestandsnaam (Short File Name)>
Hiermee worden bestandsnamen weergegeven met maximaal acht tekens. Om een onderscheid te maken tussen bestanden met gelijksoortige namen, worden er nummers als "~1" of "~2" toegevoegd aan het einde van de bestandsnamen.

<Lange bestandsnaam (Long File Name)>
Hiermee worden bestandsnamen weergegeven met maximaal 20 tekens.

Het aantal tekens hierboven is exclusief de tekens in bestandsextensies, zoals ".jpg".

<Instellingen geheugenmedia (Memory Media Settings)>

Schakel de functies van een USB-geheugenapparaat in of uit.

<Gebruik scanfunctie (Use Scan Function)>

Geef aan of gescande originelen mogen worden opgeslagen op een USB-geheugenapparaat. Beperkingen instellen voor het scannen naar USB

<Gebruik afdrukfunctie (Use Print Function)>

Geef aan of gegevens mogen worden afgedrukt die zijn opgeslagen op een USB-geheugenapparaat dat is aangesloten op het apparaat. Beperkingen instellen voor het afdrukken via USB