Informatie over de afzender instellen
U kunt informatie over de afzender instellen, zoals datum/tijd, toestelnaam en fax-/telefoonnummer van toestel.
Gebruikersinformatie registreren
Informatie over de afzender
Als de naam en het fax-/telefoonnummer van het toestel zijn geregistreerd, worden deze samen met de datum en tijd afgedrukt als afzenderinformatie op de fax van de ontvanger.
-
Datum en tijd van verzending
-
Fax-/telefoonnummer van toestel
-
Toestelnaam
-
De naam van geregistreerde ontvangers wordt afgedrukt wanneer faxen worden verzonden met snelkiesnummers.
-
Paginanummer
Opmerking
-
U kunt de LIJST GEBRUIKERSGEGEVENS (USER'S DATA LIST) afdrukken om de geregistreerde afzenderinformatie te controleren.
-
Bij het verzenden van faxen in zwart-wit kunt u selecteren of de informatie over de afzender binnen of buiten het beeldgebied wordt afgedrukt.
Geef de instelling op voor TTI-positie (TTI position) bij Geavanc. faxinstell. (Adv. FAX settings) onder Faxinstellingen (Fax settings).
-
U kunt de notatie van de af te drukken datum selecteren uit drie notaties: JJJJ/MM/DD (YYYY/MM/DD), MM/DD/JJJJ (MM/DD/YYYY) en DD/MM/JJJJ (DD/MM/YYYY).
Selecteer de notatie van de af te drukken datum bij Ind. datumweergave (Date display format) onder Gebr.instell. appar. (Dev. user settings).
De datum en tijd instellen
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het instellen van de datum en tijd.
-
Druk op de knop Instellingen (Setup).
Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven.
-
Selecteer met de knop de optie Apparaatinstellingen (Device settings) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Selecteer met de knop de optie Gebr.instell. appar. (Dev. user settings) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Selecteer met de knop de optie Instell. datum/tijd (Date/time setting) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Stel de datum en tijd in.
Gebruik de knop om de cursor onder de gewenste positie te verplaatsen en gebruik vervolgens de numerieke toetsen om de datum en tijd in te voeren.
Voer de datum en tijd in een 24-uursnotatie in.
Voer alleen de laatste twee cijfers van het jaar in.
-
Druk op de knop OK.
-
Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
Zomertijd instellen
In bepaalde landen wordt het zomertijdsysteem gebruikt. In dit systeem wordt de klok in bepaalde perioden van het jaar vooruitgezet.
U kunt dit apparaat zo instellen dat de tijd automatisch wordt gewijzigd. Hiervoor moet u de datum en tijd registreren waarop de zomertijd begint en eindigt.
Belangrijk
-
De recentste informatie voor alle landen en regio's wordt niet standaard toegepast voor Instelling zomertijd (DST setting). U moet de standaardinstelling aanpassen aan de meest recente informatie voor uw land of regio.
Opmerking
-
Deze instelling is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van het land of de regio van aankoop.
-
Druk op de knop Instellingen (Setup).
Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven.
-
Selecteer met de knop de optie Apparaatinstellingen (Device settings) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Selecteer met de knop de optie Gebr.instell. appar. (Dev. user settings) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Selecteer met de knoppen Instelling zomertijd (DST setting) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Selecteer met de knoppen de optie AAN (ON) en druk vervolgens op de knop OK.
Als u zomertijd wilt uitschakelen, selecteert u UIT (OFF).
-
Stel de datum en tijd in wanneer de zomertijd begint.
-
Selecteer met de knop de optie Startdatum/tijd (Start date/time) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Maand instellen (Set month) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de maand te selecteren waarin de zomertijd begint en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Week instellen (Set week) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de week te selecteren waarin de zomertijd begint en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Dag instellen (Set day of week) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de dag te selecteren waarop de zomertijd begint en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Tijdversch. instellen (Set shift time) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de cursor onder de gewenste positie te verplaatsen, gebruik de numerieke toetsen om de tijd (in 24-uurs notatie) in te voeren waarop de zomertijd ingaat en druk vervolgens op de knop OK.
Plaats een nul voor enkele getallen.
-
-
Stel de datum en tijd in wanneer de zomertijd eindigt.
-
Selecteer met de knop de optie Einddatum/tijd (End date/time) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Maand instellen (Set month) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de maand te selecteren waarin de zomertijd eindigt en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Week instellen (Set week) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de week te selecteren waarin de zomertijd eindigt en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Dag instellen (Set day of week) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de dag te selecteren waarop de zomertijd eindigt en druk vervolgens op de knop OK.
-
Controleer of Tijdversch. instellen (Set shift time) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de knop om de cursor onder de gewenste positie te plaatsen, gebruik de numerieke toetsen om de tijd (in 24-uurs notatie) in te voeren waarop de zomertijd eindigt en druk vervolgens op de knop OK.
Plaats een nul voor enkele getallen.
-
-
Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
Gebruikersinformatie registreren
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het registreren van de gebruikersgegevens.
Opmerking
-
Zorg ervoor dat u uw naam en fax-/telefoonnummer invoert bij Registr. toestelnr. (Unit TEL no. registr.) en Regist. toestelnaam (Unit name registr.) op het scherm Gebruikersinst. fax (FAX user settings) voordat u een fax verzendt (alleen VS).
-
Druk op de knop Instellingen (Setup).
Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven.
-
Selecteer met de knop de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Selecteer met de knop de optie Gebruikersinst. fax (FAX user settings) en druk vervolgens op de knop OK.
-
Geef het fax- of telefoonnummer van het toestel op.
-
Controleer of Registr. toestelnr. (Unit TEL no. registr.) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Voer het fax-/telefoonnummer van het toestel in met de numerieke toetsen.
-
Druk op de knop OK.
Opmerking
-
U kunt het fax-/telefoonnummer invoeren (maximaal 20 cijfers, inclusief spaties).
-
Voor meer informatie over het invoeren of verwijderen van tekens:
-
-
Geef de naam van het toestel op.
-
Controleer of Regist. toestelnaam (Unit name registr.) is geselecteerd en druk op de knop OK.
-
Gebruik de numerieke toetsen om de toestelnaam in te voeren.
-
Druk op de knop OK.
Opmerking
-
U kunt maximaal 24 tekens inclusief spaties opgeven voor de naam.
-
Voor meer informatie over het invoeren of verwijderen van tekens:
-
-
Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.