Controleer of u het juiste telefoonlijntype voor uw telefoonlijn hebt ingesteld voordat u het apparaat gaat gebruiken. Als u niet zeker weet welk telefoonlijntype u gebruikt, neemt u contact op met uw telefoonmaatschappij. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij of serviceprovider als u het lijntype voor xDSL- of ISDN-aansluitingen wilt controleren.
Type telefoonlijn (Telephone line type) wordt niet weergegeven in landen of regio's waar Pulskiezen (Rotary pulse) niet wordt ondersteund.
U kunt de LIJST GEBRUIKERSGEGEVENS (USER'S DATA LIST) afdrukken om de huidige instelling te controleren.
Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Druk op de knop Instellingen (Setup).
Het scherm Instellingenmenu (Setup menu) wordt weergegeven.
Selecteer met de knop de optie Faxinstellingen (Fax settings) en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer met de knop de optie Gebruikersinst. fax (FAX user settings) en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer met de knop de optie Type telefoonlijn (Telephone line type) en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer met de knop een type telefoonlijn en druk vervolgens op de knop OK.
Selecteer deze optie wanneer uw telefoonlijn geschikt is voor pulskiezen.
Selecteer deze optie wanneer uw telefoonlijn geschikt is voor toonkiezen.
Een * (sterretje) op het LCD geeft de huidige instelling aan.
Druk op de knop FAXEN (FAX) om terug te keren naar het stand-byscherm van de fax.
Naar boven |