naar hoofdtekst gaan

De favoriete instellingen (Aangepaste profielen) registreren

U kunt de favoriete kopieer-, scan- en faxinstellingen registreren deze vanaf het HOME-scherm openen.

U kunt maximaal 20 instellingen registreren.

De instelling registeren

De geregistreerde instelling openen

De geregistreerde instelling bewerken/verwijderen

De instelling registeren

Druk op de linker Functie (Function)-knop op elk stand-byscherm of op het scherm dat wordt weergegeven nadat de instellingen zijn opgegeven.

Standby-scherm voor kopiƫren

Standby-scherm voor scannen

Stand-byscherm voor faxoverdracht

afbeelding: LCD-scherm
afbeelding: LCD-scherm
afbeelding: LCD-scherm

Wanneer het bevestigingsscherm van Profiel opsl. (Save profile) wordt weergegeven, selecteert u Ja (Yes) en drukt u op de knop OK.

Wanneer het scherm voor het invoeren van de naam van de instelling wordt weergegeven, voert u de naam in en drukt u op de knop OK.

Opmerking

  • Als u op de knop OK drukt maar geen naam invoert, wordt de naam die momenteel wordt weergegeven als de naam van de instelling gebruikt.

De geregistreerde instelling openen

Volg de onderstaande procedure om de geregistreerde instelling te openen.

  1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.

  2. Selecteer Aangep. profielen (Custom profiles) in het HOME-scherm.

    LCD en bedieningspaneel

  3. Selecteer met de knop OMHOOGOMLAAG de instelling die u wilt oproepen en druk vervolgens op de knop OK.

    Opmerking

    • U kunt de weergegeven items wijzigen door op de rechter Functie (Function)-knop te drukken.

De geregistreerde instelling bewerken/verwijderen

Volg de onderstaande procedure om de geregistreerde instelling te bewerken of te verwijderen.

  1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.

  2. Selecteer Aangep. profielen (Custom profiles) in het HOME-scherm.

    LCD en bedieningspaneel

  3. Druk op de linker Functie (Function)-knop.

    U kunt de volgorde of de naam van de geregistreerde instellingen wijzigen en de instellingen verwijderen.

    • De volgorde van de geregistreerde instellingen wijzigen

      1. Selecteer met de knop OMHOOGOMLAAG de optie Herschikken (Rearrange) en druk vervolgens op de knop OK.

      2. Selecteer met de knop OMHOOGOMLAAG de instelling die u wilt verplaatsen en druk vervolgens op de knop OK.

      3. Gebruik de knop OMHOOGOMLAAG om de geselecteerde instelling te verplaatsen.

      4. Druk op de rechterknop Functie (Function).

      5. Druk nogmaals op de rechter Functie (Function)-knop.

    • De naam van de geregistreerde instellingen wijzigen

      1. Selecteer met de knop OMHOOGOMLAAG de optie Naam wijzigen (Rename) en druk vervolgens op de knop OK.

      2. Selecteer met de knop OMHOOGOMLAAG de instelling waarvan u de naam wilt wijzigen en druk vervolgens op de knop OK.

      3. Voer de nieuwe naam in en druk daarna op de knop OK.

        Cijfers, letters en symbolen invoeren

      4. Druk op de rechterknop Functie (Function).

    • De geregistreerde instellingen verwijderen

      1. Selecteer met de knop OMHOOGOMLAAG de optie Verwijderen (Delete) en druk vervolgens op de knop OK.

      2. Selecteer met de knop OMHOOGOMLAAG de instelling die u wilt verwijderen en druk vervolgens op de knop OK.

      3. Selecteer Ja (Yes) in het weergegeven scherm en druk op de knop OK.

      4. Druk op de rechterknop Functie (Function).