naar hoofdtekst gaan

Inkttanks opnieuw vullen

Wanneer de inkt opraakt of zich fouten voordoen, wordt de foutcode weergegeven op het LCD-scherm om u op de hoogte te brengen van het probleem. Op dit moment kan de printer niet afdrukken. Controleer het resterende inktniveau aan de hand van de inkttankaanduiding op de voorzijde van de printer. Als het inktniveau in de buurt van de lijn van de ondergrens (A) komt, vult u de inkttank bij.

Belangrijk

  • Als de functie voor het melden van het resterende inktniveau (meldingsfunctie voor resterend inktniveau) is ingeschakeld, moet de teller voor het resterende inktniveau opnieuw worden ingesteld nadat de inkttanks tot de lijn van de bovengrens zijn bijgevuld.

    Als de teller voor het resterende inktniveau opnieuw wordt ingesteld wanneer de inkttanks niet vol zijn, kan de printer het resterende inktniveau niet correct detecteren.

    Vanaf de printer

    Vanaf de computer

  • Als de meldingsfunctie voor het resterende inktniveau is uitgeschakeld, controleert u de resterende inkt en vult u de inkttanks zo nodig bij. Als u blijft afdrukken terwijl de inkt zich onder de ondergrenslijn van een inkttank bevindt, is de afdrukkwaliteit mogelijk niet naar wens.

Opmerking

Vulprocedure

Volg de onderstaande stappen wanneer u inkttanks opnieuw moet vullen.

Belangrijk

  • Zorg dat de printer na de eerste installatie horizontaal blijft staan en NIET ondersteboven of op zijn kant wordt gezet, aangezien in dat geval inkt in de printer kan lekken.

  1. Controleer of de printer is ingeschakeld.

  2. Open de scaneenheid / klep (B).

    Belangrijk

    • Raak de slangetjes of andere onderdelen in de printer niet aan. Dit kan problemen met de printer veroorzaken.

  3. Open het tankkapje (C) van de inkttank die u wilt bijvullen.

    • D: Geel
    • E: Magenta
    • F: Cyaan
    • G: Zwart

    Belangrijk

    • Open voorzichtig het tankkapje van de inkttank. Inkt op de binnenkant van het tankkapje kan spatten wanneer u het kapje opent.

  4. Houd de inktfles rechtop en draai voorzichtig aan het fleskapje (H) om dit te verwijderen.

    Belangrijk

    • Schud niet met de inktfles. Er kan inkt spatten wanneer u het kapje opent.

  5. Vul de inkttank opnieuw.

    Lijn de punt van de inktfles uit met de inlaat van de inkttank (I), draai de inktfles langzaam ondersteboven en duw de fles in de inlaat.

    De inkttank wordt bijgevuld. Houd de fles met uw hand vast zodat deze niet valt.

    Belangrijk

    • Zorg dat u elke inkttank vult met inkt uit een inktfles met de juiste kleur inkt.

    • Als de inkt niet in de inkttank wordt gespoten, verwijdert u langzaam de inktfles en plaatst u deze opnieuw.

    • Zorg dat u de inkttank met inkt vult tot de lijn van de bovengrens (J) op de inkttank.

  6. Verwijder de inktfles uit de inlaat wanneer de inkt de lijn van de bovengrens bereikt.

    Houd de inktfles iets omhoog en verwijder de fles uit de inlaat terwijl u deze langzaam kantelt.

    Belangrijk

    • Laat geen inktflessen in inkttanks zitten.

    • Sluit het fleskapje van de inktfles goed en bewaar de inktfles rechtop.

  7. Sluit het tankkapje van de inkttank.

    Zorg dat het tankkapje goed is geplaatst.

  8. Sluit de scaneenheid / klep.

    Sluit de scaneenheid / klep door deze iets op te tillen en daarna voorzichtig te laten zakken.

Opmerkingen over inktflessen

Belangrijk

  • Houd buiten het bereik van kinderen.

  • Drink geen inkt.

  • Als er per ongeluk inkt wordt gelikt of ingeslikt, spoel dan uw mond of drink een of twee glazen water en raadpleeg onmiddellijk een arts. Als er inkt in uw ogen komt, spoel ze dan onmiddellijk met water en raadpleeg onmiddellijk een arts.

  • Als er inkt op uw huid komt, was dan de plek onmiddellijk met zeep en water. Als de irritatie van uw huid zich blijft voordoen, raadpleeg dan onmiddellijk een arts.

  • Wanneer u inktflessen opbergt, sluit de fleskapjes dan helemaal en zet de flessen rechtop. Als de inktflessen worden neergelegd, kan er inkt lekken.

  • Let er bij het vullen van inkttanks goed op dat er geen inkt spat op de omringende omgeving.

  • De inkt kan permanente vlekken veroorzaken op kleding of andere eigendommen. De inktvlekken kunnen mogelijk niet worden uitgewassen.

  • Gebruik inktflessen en de inkt erin alleen om tanks te vullen van door Canon opgegeven printers.

  • Laat geen inktflessen achter op plaatsen waar ze worden blootgesteld aan hoge temperaturen, zoals in de buurt van vuur, een verwarming of in een auto. De flessen kunnen vervormen waardoor inkt kan lekken of de inktkwaliteit kan afnemen.

  • Stel inktflessen niet bloot aan schokken. Hierdoor kunnen inktflessen beschadigd raken of de fleskapjes losraken, waardoor er inkt kan lekken.

  • Breng inkt niet over in andere houders. Dit kan leiden tot onopzettelijk inslikken, ongeschikt gebruik of een slechte inktkwaliteit.

  • Meng inkt niet met water of andere inkt. Hierdoor kan de printer beschadigd raken.

  • Zodra een inktfles is geopend, mag u deze niet laten staan met het fleskapje eraf. De inkt droogt uit waardoor de printer mogelijk niet correct werkt wanneer een inkttank opnieuw wordt gevuld met deze fles.

  • Voor een optimale afdrukkwaliteit raden we aan de inkttank ten minste één keer per jaar met inkt bij te vullen tot de lijn van de bovengrens.

Opmerking

  • Mogelijk wordt toch kleureninkt verbruikt wanneer u een document in zwart-wit afdrukt of wanneer u hebt aangegeven een zwart-witafdruk te willen maken. Beide soorten inkt worden ook verbruikt bij reiniging en diepte-reiniging van de printkop, wat nodig kan zijn om ervoor te zorgen dat de printer goed werkt.

    Wanneer de inkt bijna op is, vult deze dan direct bij.