Bedieningsknoppen

(A) Knop HOME

Gebruik om het beginscherm weer te geven.

(B) Knoppen

Hiermee selecteert u menu-items of instellingsitems.

(C) Knop OK

Hiermee voltooit u de selectie van een menu-item of instellingsitem.

(D) Knop Stoppen (Stop)

Hiermee annuleert u actieve afdruk-, kopieer- of scantaken of het verzenden/ontvangen van een fax.
Als u op deze knop drukt wanneer u tekens invoert, wordt er één teken verwijderd.

(E) Numerieke toetsen

Hiermee voert u fax- of telefoonnummers en tekens in.

(F) Knop Terug (Back)

Wordt gebruikt om naar het vorige scherm terug te keren.