Draadloze verbinding
Voordat u begint met het instellen van een draadloze verbinding
-
Zorg dat de printer is ingeschakeld.
Wanneer de printer is ingeschakeld, brandt het AAN/UIT (POWER)-lampje (A).
(Wordt weergegeven in een nieuw venster)
Als de printer een reiniging, uitlijning van de printkop of ander proces uitvoert
Wacht tot het proces is voltooid voordat u met de installatie begint.
-
Druk op de knop HOME (B) op de printer.
Als een foutscherm wordt weergegeven, drukt u op de knop OK en drukt u daarna op de knop HOME.
-
Gebruik de knoppen (C) om (D) te selecteren.
-
Druk op de knop OK.
-
Selecteer LAN-instellingen (LAN settings) en druk op de knop OK.
-
Selecteer Draadloos LAN (Wireless LAN) en druk op de knop OK.
-
Selecteer Draadloos LAN instellen (Wireless LAN setup) en druk op de knop OK.