Bedrade verbinding

Voordat u begint met het instellen van een bekabelde verbinding

1. Zorg dat de printer is ingeschakeld.

   Wanneer de printer is ingeschakeld, brandt het AAN/UIT (POWER)-lampje (A).

   
   • Opmerkingen over bedrade verbinding

   (Wordt weergegeven in een nieuw venster)

2. U hebt een Ethernet-kabel nodig (afzonderlijk verkrijgbaar).

   

3. Verwijder het kapje (B) van de poort linksachter op de printer.

   

4. Verbindt de printer en een netwerkapparaat (router en dergelijke) met een Ethernet-kabel (C).

   Niet verbinden met een andere poort.

   

5. Druk op de knop HOME (D) op de printer.

   

6. Tik linksonder (E) op het scherm.

   

7. Tik op Bedraad LAN actief (Wired LAN active).

   Wanneer de verbinding is voltooid, verschijnt LAN linksonder op het scherm.

   
   
   

Het instellen van de netwerkverbinding is nu voltooid.