Indien nodig kunt u schakelen tussen verschillende bedieningsmodi van de printer.
De procedure voor het configureren van de Aangepaste instellingen (Custom Settings) is als volgt:
Controleer of de printer is ingeschakeld en selecteer vervolgens Aangepaste instellingen (Custom Settings) in het pop-upmenu van Canon IJ Printer Utility
Als de computer niet kan communiceren met de printer, verschijnt er mogelijk een bericht omdat de computer geen toegang heeft tot de informatie die is ingesteld op de printer.
Als dit gebeurt, klikt u op Annuleer (Cancel) om de meest recente instellingen op de computer weer te geven.
Geef desgewenst de volgende instellingen op:
U kunt instellen hoe lang moet worden gewacht voordat op de printer de volgende pagina wordt afgedrukt.
Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, is de wachttijd langer en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, is de wachttijd korter.
Als het papier inktvlekken bevat, omdat de volgende pagina wordt uitgeworpen voordat de inkt op de afgedrukte pagina heeft kunnen drogen, verhoogt u de droogtijd voor de inkt.
Wanneer u de droogtijd verlaagt, verloopt het afdrukken sneller.
Er worden aanwijzingen weergegeven wanneer u bewerkingen uitvoert waarbij de papierinstellingen ingewikkeld zijn.
Er wordt een bericht met aanwijzingen weergegeven voordat de printer Hagaki afdrukt.
Als u de berichten niet meer wilt weergeven wanneer u nogmaals afdrukt op ander papier dan normaal papier, schakelt u het selectievakje Niet meer weergeven (Do not show again) in het weergegeven dialoogvenster in.
Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, geeft u het pop-upmenu voor Canon IJ Printer Utility weer, selecteert u Aangepaste instellingen (Custom Settings) en schakelt u het selectievakje Hagaki afdrukken (Hagaki Printing) in.
In Mac OS X v10.8 of Mac OS X v10.7 kunt u Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) niet gebruiken.
Daarom worden er geen verdere gidsberichten meer weergegeven als u het selectievakje Niet meer weergeven (Do not show again) inschakelt wanneer een gidsbericht wordt weergegeven voordat het afdrukken begint.
Deze optie detecteert tijdens het afdrukken van disclabels of een afdrukbare disc in de disclade is geplaatst en toont een bericht als er geen disc is geplaatst.
Schakel dit selectievakje in als u bij het afdrukken wilt detecteren of een afdrukbare disc is geplaatst.
Schakel dit selectievakje uit als u bij het afdrukken niet wilt detecteren of een afdrukbare disc is geplaatst.
Als u dit selectievakje uitgeschakeld laat, kan de printer naar de disclade afdrukken, ook al is er geen afdrukbare disc in de disclade geplaatst. Daarom dient u dit selectievakje normaal gesproken in te schakelen.
Als u een reeds bedrukte afdrukbare disc in de disclade plaatst, detecteert de printer mogelijk dat er geen afdrukbare disc in de disclade is geplaatst. Schakel in dat geval dit selectievakje uit.
Bij het gebruik van een hoge dichtheid kan de ruimte tussen de printkop en het papier worden vergroot om te voorkomen dat het papier gaat schuren.
Schakel dit selectievakje in om schuring van papier te voorkomen.
Hiermee detecteert u de breedte van het in de printer geplaatste papier tijdens het afdrukken.
Wanneer de papierbreedte die door de printer wordt gedetecteerd smaller is dan de breedte die is opgegeven in Papierformaat (Paper Size) in het dialoogvenster Afdrukken, wordt een bericht weergegeven en wordt het afdrukken gestopt.
Schakel dit selectievakje in om de papierbreedte te detecteren.
Als u een aangepast papierformaat gebruikt om af te drukken, stelt u in het dialoogvenster Aangepaste papierformaten (Custom Paper Sizes) het papierformaat in dat in de printer is geplaatst.
Als een foutbericht wordt weergegeven terwijl het geplaatste papier van hetzelfde formaat is als het opgegeven papierformaat, schakelt u het selectievakje Papierbreedte detecteren (Detect paper width) uit.
Gewoonlijk is de functie Uitlijning printkop (Print Head Alignment) bij Testafdruk (Test Print) in het pop-upmenu van de Canon IJ Printer Utility ingesteld op automatische uitlijning. U kunt dit echter wijzigen in handmatige uitlijning.
Als het afdrukresultaat na een automatische printkopuitlijning niet naar wens is, raadpleegt u 'De positie van de printkop handmatig uitlijnen vanaf de computer' en voert u de uitlijning handmatig uit.
Schakel dit selectievakje in om de printkop handmatig uit te lijnen.
Schakel dit selectievakje uit om de printkop automatisch uit te lijnen.
Pas de instellingen toe
Klik op Toepassen (Apply) en klik op OK in het bevestigingsbericht.
Nadat u dit hebt gedaan, worden de aangepaste instellingen voor de printer gebruikt.
Naar boven |