Een gewijzigd afdrukprofiel registreren
U kunt het afdrukprofiel dat u hebt geselecteerd in het Dialoogvenster Afdrukken een naam geven en registreren. U kunt het geregistreerde afdrukprofiel voor gebruik oproepen via Instellingen (Presets). U kunt het onnodige afdrukprofiel ook verwijderen.
De procedure voor het opslaan van een afdrukprofiel is als volgt:
Een afdrukprofiel registreren
Stel de gewenste items in het dialoogvenster Afdrukken in
Selecteer Huidige instellingen opslaan... (Save Current Settings as Preset...) bij Instellingen (Presets)
Sla de instellingen op
Geef in het dialoogvenster een naam op bij Naam instelling (Preset Name) en stel zo nodig de optie Instelling beschikbaar voor (Preset Available For) in. Klik vervolgens op OK.
Belangrijk
- Er zijn ook afdrukinstellingen die niet kunnen worden opgeslagen als voorinstelling.
Een geregistreerd afdrukprofiel gebruiken
Selecteer bij Instellingen (Presets) in het dialoogvenster Afdrukken de naam van het afdrukprofiel dat u wilt gebruiken.
Het afdrukprofiel in het dialoogvenster Afdrukken zal worden bijgewerkt naar het opgeroepen afdrukprofiel.
Een afdrukprofiel verwijderen
Selecteer het afdrukprofiel dat u wilt verwijderen
Selecteer in het afdrukvenster Instellingen tonen... (Show Presets...) in het gedeelte Instellingen (Presets). Selecteer vervolgens in het dialoogvenster dat wordt weergegeven de naam van het afdrukprofiel dat u wilt verwijderen.
Verwijder het afdrukprofiel
Klik op Verwijder (Delete) en klik vervolgens op OK. De geselecteerde afdrukprofielen worden verwijderd uit Instellingen (Presets).