naar hoofdtekst gaan

Papierformaat instellen (aangepast formaat)

U kunt de hoogte en breedte van het papier opgeven als u het formaat niet kunt selecteren in het menu Papierformaat (Paper Size). Een dergelijk papierformaat wordt een 'aangepast formaat' genoemd.

De procedure voor het opgeven van een aangepast papierformaat is als volgt:

  1. Een nieuw aangepast papierformaat maken

    Kies Aangepaste formaten... (Manage Custom Sizes...) bij Papierformaat (Paper Size) in het Dialoogvenster Afdrukken.
    Klik in het dialoogvenster Aangepaste papierformaten (Custom Paper Sizes) op +.

    afbeelding: dialoogvenster Aangepaste papierformaten

    Naamloos (Untitled) wordt aan de lijst toegevoegd.

  2. Details voor het aangepaste papierformaat instellen

    Dubbelklik op Naamloos (Untitled), voer de naam in voor het papierformaat dat u wilt registreren en geef de Breedte (Width) en de Hoogte (Height) van het papier op bij Paginaformaat (Paper Size).
    Selecteer Door gebruiker gedefinieerd (User Defined) of het printermodel bij Geen afdrukgebied (Non-Printable Area) en voer de marges in.

  3. Het aangepaste papierformaat registreren

    Klik op OK.
    Het aangepaste formaat is geregistreerd.

Belangrijk

  • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een functie heeft voor het opgeven van de hoogte en breedte, geeft u de waarden op met de toepassing. Als de toepassing deze functie niet heeft of als het document niet correct wordt afgedrukt, voert u bovenstaande procedure van het printerstuurprogramma uit om de waarden in te stellen.

Opmerking