S720

Cijfers, letters en symbolen invoeren

Op het apparaat kunt u tekens invoeren door deze te selecteren in een tekenlijst op het scherm, bijvoorbeeld wanneer u informatie registreert, zoals een toestelnaam, de naam van een ontvanger voor verkort kiezen en dergelijke.

De invoermodus wijzigen

Het apparaat heeft drie invoermodi: kleine letters, hoofdletters en cijfers. Wanneer u op de middelste Functie (Function)-knop (Aa1)drukt, wordt de invoermodus in deze volgorde gewijzigd: kleine letters, hoofdletters en cijfers.

 Opmerking

 Voor het invoeren van het telefoonnummer van het toestel of van fax-/telefoonnummers voor verkort kiezen worden alleen de cijfers en symbolen die beschikbaar zijn voor dat type invoer op het scherm weergegeven.

Cijfers, letters en symbolen invoeren

Druk op de knop Omhoog, Omlaag, Links of Rechts (A) om het gewenste teken te selecteren en druk op de knop OK (B).

Als u een spatie wilt invoeren, selecteert u Spatie (Space).

Als u het laatste teken dat u hebt ingevoerd wilt verwijderen, drukt u op de rechter Functie (Function)-knop om Teken verw. (Del. character) te selecteren.

Nadat alle tekens zijn ingevoerd, drukt u op de linker Functie (Function)-knop om Gereed (Done) te selecteren.

Ingevoerde cijfers, letters en symbolen bewerken

Afbeelding: LCD-scherm

Als u ingevoerde tekens wilt bewerken, drukt u op de knop Omhoog of Omlaag om de invoerkolom (C) te selecteren.


Druk op de knop Links of Rechts om de cursor te verplaatsen onder de positie waar u de tekst wilt bewerken.

 Een spatie invoegen

Selecteer Spatie (Space) en druk op de knop OK.

 Een teken invoegen

Selecteer het teken dat u wilt invoegen en druk op de knop OK.

 Een teken verwijderen

Druk op de rechter Functie (Function)-knop om Teken verw. (Del. character) te selecteren. Als er zich geen teken bij de cursor bevindt en Teken verw. (Del. character) is geselecteerd, wordt het teken links van de cursor verwijderd (zoals bij Backspace).

Naar boven