Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd door de normale reiniging van de printkop, moet u een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren. Bij een diepte-reiniging van de printkop wordt meer inkt verbruikt dan bij een normale reiniging van de printkop. Het is daarom raadzaam de diepte-reiniging van de printkop alleen uit te voeren als het echt nodig is.
Controleer of het apparaat aan staat.
Houd de knop Stoppen (Stop) ingedrukt tot het Alarm-lampje driemaal oranje knippert en laat de knop daarna direct los.
Het apparaat start de diepte-reiniging van de printkop.
De reiniging is voltooid wanneer het AAN (ON)-lampje groen knippert en vervolgens blijft branden.
Voer geen andere handelingen uit totdat het apparaat klaar is met de diepte-reiniging van de printkop. Dit duurt ongeveer 1 minuut.
Controleer de conditie van de printkop.
Als u de conditie van de printkop wilt controleren, drukt u het controleraster voor de spuitopeningen af.
Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken
Als het probleem niet is opgelost, schakelt u het apparaat uit en voert u de diepte-reiniging van de printkop 24 uur later nogmaals uit.
Als het probleem nog steeds niet is opgelost, vervangt u de FINE-cartridge door een nieuwe.
Als het probleem nog steeds niet is verholpen nadat de FINE-cartridge is vervangen, neemt u contact op met het ondersteuningscentrum.
Naar boven |