Papier plaatsen in de achterste lade
U kunt papier met de volgende formaten in de achterste lade plaatsen: A3+, A3, B4, A4, B5, A5, Letter, Legal, 279,4 x 431,8 mm (11 x 17 inch), 10 x 15 cm (4 x 6 inch), 13 x 18 cm (5 x 7 inch), 20 x 25 cm (8 x 10 inch) en 25 x 30 cm (10 x 12 inch).
Belangrijk
- Als u normaal papier voor een proefafdruk uitknipt tot bijvoorbeeld 10 x 15 cm (4 x 6 inch) of 13 x 18 cm (5 x 7 inch), kan het papier vastlopen.
Opmerking
-
Wij raden aan om origineel fotopapier van Canon te gebruiken voor het afdrukken van foto's.
Raadpleeg Mediumtypen die u kunt gebruiken voor meer informatie over origineel Canon-papier.
-
U kunt normaal kopieerpapier gebruiken.
Zie Mediumtypen die u kunt gebruiken voor het paginaformaat en het papiergewicht dat u kunt gebruiken voor deze printer.
-
Bereid het papier voor.
Lijn de randen van het papier uit. Als de randen van het papier zijn omgekruld, maakt u deze plat.
Opmerking
- Lijn de randen van het papier netjes uit voordat u het papier plaatst. Als u dit niet doet, kan het papier vastlopen.
-
Als het papier gekruld is, buigt u de gekrulde hoeken in de tegenovergestelde richting naar elkaar toe totdat het papier plat is.
Zie "Herstel het gekrulde papier en plaats het papier opnieuw." in Papier vertoont vlekken/Papieroppervlak vertoont krassen voor meer informatie over het herstellen van gekruld papier.
- Als u Photo Paper Plus Halfglans SG-201 gebruikt, plaatst u telkens één vel papier ook al is het gekruld. Als u het papier oprolt om het plat te maken, kan dit scheuren in het oppervlak van het papier veroorzaken en de afdrukkwaliteit verslechteren.
-
Open de papiersteun (A) van de achterste lade.
-
Open voorzichtig de papieruitvoerlade (B).
Belangrijk
- Als de geleider van de disclade (C) is geopend, moet u deze sluiten.
-
Trek het verlengstuk van de uitvoerlade (D) uit.
-
Open de klep van de invoersleuf.
-
Schuif de papiergeleiders (E) open en plaats het papier in het midden van de achterste lade MET DE AFDRUKZIJDE NAAR U TOE GERICHT.
-
Schuif de papiergeleiders (E) tegen de zijkanten van de papierstapel.
Schuif de papiergeleiders niet te hard tegen het papier. Dan wordt het papier misschien niet goed ingevoerd.
Belangrijk
-
Plaats het papier altijd in de lengterichting (F). Als u papier in de breedterichting plaatst (G), kan het papier vastlopen.
Opmerking
- Plaats het papier niet hoger dan de markering voor de maximumcapaciteit (H).
-
De uitstekende delen (I) van de papiergeleiders worden uitgetrokken, afhankelijk van het formaat van het geplaatste papier. Duw deze delen niet met uw vinger omlaag.
-
-
Sluit voorzichtig de klep van de invoersleuf.
Belangrijk
- Als de klep van de invoersleuf is geopend, kan er geen papier worden ingevoerd. Zorg dat u de klep van de invoersleuf sluit.
Opmerking
- Wanneer u afdrukt, selecteert u de achterste lade als papierbron en selecteert u het formaat en type van het geplaatste papier in het venster met afdrukinstellingen van het printerstuurprogramma.