Geheugenontvangst
Als het apparaat de fax niet heeft kunnen afdrukken, wordt de ontvangen fax in het apparaatgeheugen opgeslagen. Het lampje Faxgeheugen (FAX Memory) gaat branden en Ontvangen in geheugen. (Received in memory.) wordt weergegeven op het stand-byscherm voor faxen.
Belangrijk
-
Als u het netsnoer uit het stopcontact haalt, gaan alle faxen verloren die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen. De volgende keer dat u het apparaat inschakelt, drukt u op de knop OK nadat een bevestigingsscherm wordt weergegeven. Er wordt een lijst afgedrukt met de faxen die uit het apparaatgeheugen zijn verwijderd (RAPPORT OVER GEHEUGEN WISSEN (MEMORY CLEAR REPORT)).
Als het apparaat in een van de volgende gevallen een fax ontvangt, wordt de ontvangen fax automatisch opgeslagen in het apparaatgeheugen.
-
Het apparaat is ingesteld om ontvangen faxen op te slaan in het geheugen:
Als Niet afdrukken (Do not print) is geselecteerd voor Ontvangen documenten (Received documents) bij Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) onder FAX-instellingen (FAX settings), worden de ontvangen faxen opgeslagen in het apparaatgeheugen.
U kunt de opgeslagen faxen in het apparaatgeheugen afdrukken via het scherm Geheugenverwijzing (Memory reference) in het FAX-menu.
Documenten uit het apparaatgeheugen afdrukken
Opmerking
-
Als u de ontvangen faxen automatisch wilt afdrukken, selecteert u Afdrukken (Print) voor Ontvangen documenten (Received documents) bij Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) onder FAX-instellingen (FAX settings).
-
-
Er is een apparaatfout opgetreden:
Als u Afdrukken (Print) selecteert voor Ontvangen documenten (Received documents) bij Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) onder FAX-instellingen (FAX settings), wordt een ontvangen fax automatisch afgedrukt. Als zich echter een van de volgende fouten voordoet, wordt de ontvangen fax niet afgedrukt. In plaats hiervan wordt de fax opgeslagen in het apparaatgeheugen.
Wanneer de fout is opgelost, wordt de fax die in het apparaatgeheugen is opgeslagen, automatisch afgedrukt.
-
De hoeveelheid resterende inkt is onvoldoende om een fax af te drukken:
Vervang de inkttank.
Opmerking
-
U kunt het apparaat zo instellen dat ontvangen faxen geforceerd worden afgedrukt, zelfs als de inkt op is.
Stel Afdrukken bij geen inkt (Print when out of ink) bij Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) onder FAX-instellingen (FAX settings) in op Afdrukken (Print).
Het kan echter zijn dat de fax deels of in zijn geheel niet wordt afgedrukt omdat de inkt op is.
Bovendien wordt de inhoud van de fax niet opgeslagen in het apparaatgeheugen.
Als de inkt al op is, wordt het bovendien aanbevolen om Niet afdrukken (Do not print) te selecteren voor Ontvangen documenten (Received documents) bij Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings) onder FAX-instellingen (FAX settings) om de ontvangen fax op te slaan in het apparaatgeheugen. Nadat u de inkttank hebt vervangen en Afdrukken (Print) selecteert voor Ontvangen documenten (Received documents) bij Automatische afdrukinstellingen (Auto print settings), wordt de fax die in het apparaatgeheugen is opgeslagen automatisch afgedrukt.
-
-
Het papier is op:
Plaats nieuw papier en druk op de knop OK.
-
Er is een ander papierformaat geplaatst dan is opgegeven voor Pg.form. (Page size) bij Instellingen voor faxpapier (FAX paper settings):
Plaats papier van het formaat dat is opgegeven in Pg.form. (Page size) en druk vervolgens op de knop OK.
-
-
U hebt op de knop Stoppen (Stop) gedrukt om het afdrukken van een fax te annuleren:
Druk op de knop HOME en selecteer FAX om het afdrukken van de fax te hervatten.
Opmerking
-
Het apparaat kan maximaal 250 faxpagina´s* (max. 30 documenten) opslaan in het apparaatgeheugen.
* Wanneer u ITU-T No.1 chart gebruikt (standaardmodus)
-
Als het apparaatgeheugen vol raakt tijdens geheugenontvangst, worden alleen pagina´s die al zijn ontvangen in het geheugen opgeslagen. Druk de ontvangen faxen die in het apparaatgeheugen zijn opgeslagen af, sla ze op het USB-flashstation op of stuur ontvangen faxen door naar de gedeelde map op de computer. Verwijder ze daarna uit het apparaatgeheugen en vraag of de afzender de faxen opnieuw wil verzenden.