Controle 1: Als het opwarmen van de printer lang duurt nadat de afdruktaak is verzonden, wacht u totdat het afdrukken begint.
De printer voert regelmatig automatisch een systeemreiniging uit om verstopte spuitopeningen van de printkop te reinigen. Het afdrukken wordt niet gestart terwijl deze functie wordt uitgevoerd. Wacht totdat de systeemreiniging is voltooid.
Controle 2: Als het opwarmen van de printer lang duurt nadat de inkttanks zijn vervangen, wacht u totdat het opwarmen is voltooid.
Voor een gelijkmatige dichtheid van de inkt is de printerfunctie voor het automatisch onderhouden van de inktkwaliteit ingeschakeld zodat de inkt regelmatig wordt gemengd. Het afdrukken wordt niet gestart terwijl de inkt wordt gemengd. Wacht totdat de bewerking is voltooid.
Controle 3: Als de printer geluid maakt, wacht u totdat het geluid stopt.
Als de printer enige tijd uitgeschakeld is geweest, kan de printer geluid maken om het afdrukken te starten. Wacht totdat de printer geen geluid meer maakt.
Naar boven |
