Draadloos/bedraad wijzigen (Change wireless/wired)
Hiermee activeert u draadloos LAN of bedraad LAN. U kunt draadloos/bedraad LAN ook uitschakelen.
Instellingen draadloos LAN (Wireless LAN setup)
Hiermee selecteert u de instelmethode voor de draadloze LAN-verbinding.
U kunt dit menu ook weergeven door Instell. draadl.LAN (WLAN setup) te selecteren in het menuscherm.
Wanneer dit menu is geselecteerd, begint het apparaat met zoeken naar een WPS-compatibel toegangspunt. Als het toegangspunt door het apparaat wordt gedetecteerd, volgt u de instructies op het scherm om draadloos LAN in te stellen. Als het toegangspunt niet wordt gedetecteerd of als u een andere instelmethode selecteert, selecteert u een van de onderstaande methoden.
Standaardinstellingen (Standard setup)
Selecteer deze optie wanneer u instellingen voor draadloos LAN handmatig uitvoert vanaf het bedieningspaneel van het apparaat.
WPS
Selecteer deze optie wanneer u instellingen voor een draadloos LAN wilt opgeven via WPS (Wi-Fi Protected Setup. Selecteer Methode drukknop (Push button method) of Pincode gebruiken (PIN code method), afhankelijk van de methode die uw toegangspunt ondersteunt, en volg de instructies op het scherm.
Andere instellingen (Other setup)
Selecteer Geavanc.instellingen (Advanced setup) en volg de aanwijzingen op het scherm.
LAN-instellingen bevestigen (Confirm LAN settings)
De lijst met instellingen voor draadloos/bekabeld LAN van dit apparaat wordt op het LCD-scherm weergegeven.
U kunt de lijst vanuit dit instellingenmenu afdrukken.
Lijst instellingen draadl. LAN (WLAN setting list)
De lijst met draadloze LAN-instellingen van dit apparaat wordt op het LCD-scherm weergegeven.
De volgende items worden weergegeven.
Items |
Instelling |
---|---|
Verbinding (Connection) |
Actief/Inactief |
SSID |
XXXXXXXXXXXXXXXX |
Communicatiemodus (Communication mode) |
Infrastructuur |
Kanaal (Channel) |
XX |
Beveiliging draadloos LAN (Wireless LAN security) |
Inactief/WEP(64bit)/WEP(128bit)/WPA-PSK(TKIP)/WPA-PSK(AES)/WPA2-PSK(TKIP)/WPA2-PSK(AES) |
IPv4-adres (IPv4 address) |
XXX. XXX. XXX. XXX |
IPv4-subnetmasker (IPv4 subnet mask) |
XXX. XXX. XXX. XXX |
IPv4-standaardgateway (IPv4 default gateway) |
XXX. XXX. XXX. XXX |
IPv6-adres (IPv6 address) |
XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: |
Lengte IPv6-subnetprefix (IPv6 subnet prefix length) |
XXX |
IPv6-standaardgateway (IPv6 default gateway) |
XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: |
MAC-adres (MAC address) |
XX:XX:XX:XX:XX:XX |
IPsec-instellingen (IPsec settings) |
Inschakelen (ESP)/Inschakelen (ESP & AH)/Inschakelen (AH)/Inactief |
Vooraf gedeelde sleutel (Pre-shared key) |
XXXXXXXXXXXXXXXX |
Printernaam (Printer name) |
XXXXXXXXXXXXXXX |
Bonjour-servicenaam (Bonjour service name) |
XXXXXXXXXXXXX |
('XX' staat voor alfanumerieke tekens.)
Lijst LAN-instellingen (LAN setting list)
De lijst met instellingen voor bekabeld LAN van dit apparaat wordt op het LCD-scherm weergegeven.
De volgende items worden weergegeven.
Items |
Instelling |
---|---|
Verbinding (Connection) |
Actief/Inactief |
IPv4-adres (IPv4 address) |
XXX. XXX. XXX. XXX |
IPv4-subnetmasker (IPv4 subnet mask) |
XXX. XXX. XXX. XXX |
IPv4-standaardgateway (IPv4 default gateway) |
XXX. XXX. XXX. XXX |
IPv6-adres (IPv6 address) |
XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: |
Lengte IPv6-subnetprefix (IPv6 subnet prefix length) |
XXX |
IPv6-standaardgateway (IPv6 default gateway) |
XXXX: XXXX: XXXX: XXXX: |
MAC-adres (MAC address) |
XX:XX:XX:XX:XX:XX |
IPsec-instellingen (IPsec settings) |
Inschakelen (ESP)/Inschakelen (ESP & AH)/Inschakelen (AH)/Inactief |
Vooraf gedeelde sleutel (Pre-shared key) |
XXXXXXXXXXXXXXXX |
Printernaam (Printer name) |
XXXXXXXXXXXXXXX |
Bonjour-servicenaam (Bonjour service name) |
XXXXXXXXXXXXX |
('XX' staat voor alfanumerieke tekens.)
LAN-details afdrukken (Print LAN details)
U kunt de netwerkinstellingen van het apparaat, zoals het IP-adres en de SSID, afdrukken.
De volgende informatie over de netwerkinstellingen van het apparaat wordt afgedrukt:
Info over netwerkinstellingen afdrukken
Deze afdruk bevat belangrijke informatie over uw computer. Bewaar deze zorgvuldig.
Andere instellingen (Other settings)
Printernaam instellen (Set printer name)
Hiermee geeft u de printernaam op. U kunt maximaal 15 tekens voor de naam invoeren.
U kunt niet dezelfde printernaam gebruiken als een naam die in gebruik is voor andere op het LAN aangesloten apparaten.
Het eerste en laatste teken van de printernaam mag geen liggend streepje zijn.
TCP/IP-instellingen (TCP/IP settings)
Hiermee voert u een IPv4- of IPv6-instelling uit.
WSD-instelling (WSD setting)
Wanneer u items instelt wanneer u WSD gebruikt (een van de netwerkprotocollen die worden ondersteund in Windows 7 en Windows Vista).
Hiermee selecteert u of WSD is in- of uitgeschakeld.
Wanneer deze is ingeschakeld, wordt het printerpictogram weergegeven in de netwerkverkenner in Windows 7 en Windows Vista.
Als u Inschakelen (Enable) selecteert, kunt u de gescande gegevens via WSD naar de computer verzenden.
Hiermee geeft u de duur van de time-out op.
Bonjour-instellingen (Bonjour settings)
Hiermee kunt u opties voor LAN instellen met behulp van Bonjour voor Mac OS.
Als u Inschakelen (Enable) selecteert, kunt u Bonjour gebruiken om de netwerkinstellingen uit te voeren.
Hiermee geeft u de Bonjour-servicenaam op. U kunt maximaal 48 tekens voor de naam invoeren.
U kunt niet dezelfde servicenaam gebruiken als een naam die in gebruik is voor andere op het LAN aangesloten apparaten.
LPR-protocolinstelling (LPR protocol setting)
Hiermee activeert of deactiveert u de LPR-instelling.
PictBridge-communicatie (PictBridge communication)
Hiermee kunt u opties instellen voor afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat.
Als u Inschakelen (Enable) selecteert, kunt u afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat.
Hiermee geeft u de duur van de time-out op.
DRX-instelling voor draadl. LAN (Wireless LAN DRX setting)
Als u Inschakelen (Enable) selecteert, kunt u niet-continue ontvangst activeren wanneer u een draadloos LAN gebruikt. Op deze manier kunt u elektriciteit besparen.
Afhankelijk van het toegangspunt dat u gebruikt, kan niet-continue ontvangst mogelijk niet worden geactiveerd ook al is Inschakelen (Enable) geselecteerd.
Niet-continue ontvangst wordt alleen geactiveerd terwijl het apparaat stand-by staat. (Het LCD-scherm staat in de schermbeveiligingsmodus.)
DRX-instelling voor bedraad LAN (Wired LAN DRX setting)
Als u Inschakelen (Enable) selecteert, kunt u niet-continue ontvangst activeren wanneer het apparaat is aangesloten op een apparaat dat compatibel is met bekabeld LAN. Op deze manier kunt u elektriciteit besparen.
Herstel LAN-instellingen (Reset LAN settings)
Hiermee initialiseert u de netwerkinstellingen van het apparaat.
Houd er rekening mee dat door initialisatie alle verbindingsinstellingen met computers worden gewist en dat afdrukken of scannen wellicht onmogelijk wordt. Voer de installatie uit met de installatie-cd-rom als u het apparaat via een netwerk wilt gebruiken. Let goed op wanneer u de netwerkinstellingen op het apparaat initialiseert.
Wanneer u de netwerkinstellingen initialiseert met IJ Network Tool:
Naar boven |