naar hoofdtekst gaan

De plaat en documentklep reinigen

Belangrijk

  • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u de printer gaat reinigen.

    • De printer kan niet worden uitgeschakeld terwijl een fax wordt verzonden of ontvangen, of als er niet-verzonden faxen in het printergeheugen zijn opgeslagen. Zorg dat het verzenden of ontvangen van alle faxen door de printer is voltooid voordat u het netsnoer loskoppelt.

    • De printer kan geen faxen verzenden of ontvangen als deze is uitgeschakeld.

    • Als u het netsnoer loskoppelt, gaan de instellingen voor datum en tijd en alle documenten in het printergeheugen verloren. Verzend het benodigde document of dit deze af voordat u de stekker uit het stopcontact haalt.

  • Gebruik voor het reinigen geen tissues, papieren handdoekjes, doeken met een grove structuur of soortgelijk materiaal omdat deze krassen kunnen veroorzaken. Poeder of dunne draadjes van tissues en papier kunnen bovendien in de printer achterblijven en problemen veroorzaken, bijvoorbeeld een verstopte printkop of slechte afdrukresultaten.

  • Gebruik nooit vluchtige vloeistoffen zoals verdunners, wasbenzine, aceton of andere chemische reinigingsmiddelen om de printer te reinigen. Deze middelen kunnen storingen veroorzaken of de printer beschadigen.

Veeg de plaat (A) en de binnenkant van de documentklep (witte plaat) (B) voorzichtig af met een schone, zachte, pluisvrije en droge doek. Zorg dat er geen restanten achterblijven, vooral niet op de glasplaat.

Belangrijk

  • De binnenzijde van de documentklep (witte plaat) (B) raakt snel beschadigd. Veeg deze dus voorzichtig af.