Afdrukinstell.
Dit item wordt weergegeven wanneer u Apparaatinstellingen (Printer settings) selecteert in
Verschillende instellingen (Various settings) op het HOME-scherm.
-
Papierschuring voorkomen (Prevent paper abrasion)
Gebruik deze instelling alleen als er vlekken op het afdrukoppervlak ontstaan.
Belangrijk-
Als u klaar bent met afdrukken dient u deze instelling weer UIT (OFF) te zetten omdat deze kan resulteren in afdrukken met een lagere afdrukkwaliteit.
-
-
Vergr.niveau voor zonder marges (Magnification level for borderless)
Hiermee stelt u het vergrotingsniveau in wanneer u afdrukt zonder witrand met de volgende afdrukmethode.
Normaal wordt het beeld iets vergroot en afgedrukt, zodat er geen rand is. Wijzig deze instelling als de rand blijft.
-
IPP-afdrukken zoals AirPrint
-
-
IPP-afdrukinstellingen (IPP print settings)
Hiermee stelt u de beeldkwaliteit en papierinstellingen in voor IPP-afdrukken.
Als u bijvoorbeeld afdrukt met AirPrint of Mopria Print Service, wordt deze instelling toegepast.
-
Instellingen afdrukkwaliteit (Print quality settings)
-
Kleurenmodus (Color mode)
Selecteer de kleurcorrectiemethode die geschikt is voor het type document dat u wilt afdrukken.
Belangrijk-
Zelfs als u een ICC-profiel selecteert, wordt er afgedrukt zonder ICC-profiel als het niet is opgenomen in de papierinformatie die is toegevoegd met Media Configuration Tool. Zelfs als het ICC-profiel is opgenomen in de papierinformatie, mislukt het afdrukken en wordt het papier uitgeworpen als blanco papier als het profiel niet wordt ondersteund door de printer.
-
-
Heldere coating (Clear coating)
Stel heldere coating in. Voer een heldere coating uit om de glans aan te passen door de Chroma Optimizer-inkt (CO) op het afgedrukte oppervlak aan te brengen.
-
Automatisch (Auto)
Hiermee stelt u automatisch het gebied voor de heldere coating in en of er een heldere coating moet worden uitgevoerd.
-
Alles (Overall)
Hiermee past u een heldere coating toe op het gehele afdrukgebied, waaronder de marges buiten het afbeeldingsgebied (afdrukgebied).
De glans van het gehele afdrukgebied, waaronder de marges, verbetert door heldere coating op het gehele oppervlak toe te passen.
Deze instelling verbruikt de meeste Chroma Optimizer-inkt (CO).
-
Afgedrukte gebieden (Printed areas)
Hiermee past u heldere coating toe op de marges en de niet-witte gebieden op de afbeelding.
Stel deze optie in als u de glans van alleen het afbeeldingsgebied wilt verbeteren.
-
UIT (OFF)
Drukt af zonder heldere coating.
In vergelijking met wanneer heldere coating wordt uitgevoerd, kan de beeldkwaliteit lager lijken of is het afdrukoppervlak gevoeliger voor krassen.
Opmerking-
Als heldere coating niet nodig is (bijvoorbeeld bij het lamineren van de afgedrukte afbeelding), selecteert u UIT (OFF).
-
Belangrijk-
Afhankelijk van het papiertype en de afdrukkwaliteit werkt dit mogelijk niet, zelfs niet als u Alles (Overall)/Afgedrukte gebieden (Printed areas)/UIT (OFF) selecteert.
-
Als u UIT (OFF) selecteert voor Heldere coating (Clear coating), wordt de Chroma Optimizer-inkt (CO) niet gebruikt tijdens het afdrukken, maar wordt deze gebruikt tijdens automatisch onderhoud om de prestaties van de printer te behouden.
-
-
-
Papierinstellingen (Paper settings)
-
Eénrichtingsafdruk (Unidirectional printing)
Door AAN (ON) te selecteren onderdrukt u ongelijkmatige kleuren en verschoven lijnen tijdens het afdrukken.
-
-
