naar hoofdtekst gaan

Het bedieningspaneel gebruiken

Het bedieningspaneel heeft een aanraakscherm (A) en knoppen (B).

Raak pictogrammen op het HOME-scherm op het aanraakscherm aan om menu's te selecteren voor kopiëren, scannen en andere functies.

Het HOME-scherm bestaat uit drie delen.

A: aanraakscherm

B: Knoppen op het bedieningspaneel

Basishandelingen op het aanraakscherm

Tik licht op het aanraakscherm of gebruik andere bewegingen om verschillende functies en instellingen te openen.

Belangrijk

  • Houd rekening met de volgende voorzorgsmaatregelen voor het aanraakscherm om defecten of schade aan het apparaat te vermijden.

    • Niet hard op het aanraakscherm drukken.
    • Druk niet op het aanraakscherm met iets anders dan uw vingers; vooral niet met scherpe voorwerpen, zoals balpennen, potloden of nagels.
    • Raak het aanraakscherm niet aan met natte of vieze handen.
    • Plaats geen voorwerpen op het aanraakscherm.
  • Bevestig geen screenprotector op het aanraakscherm. Wanneer u het verwijdert, kan het aanraakscherm beschadigd raken.

Tikken

Licht en kort aanraken met uw vingertop.

Tik hierop om, bijvoorbeeld, een item of foto op het scherm te selecteren.

Aanraken

Met uw vingertop aanraken en licht drukken.

Blijf het pictogram 'volgende' (of 'vorige') aanraken om steeds vooruit of terug te gaan in menu's of foto's, bijvoorbeeld.

Vegen

Veeg met uw vinger omhoog, omlaag, naar links of naar rechts over het scherm.

Veeg om naar een ander menu te schakelen of voor- of achterwaarts door foto's te bladeren, bijvoorbeeld.

Slepen

Raak het scherm licht aan en veeg uw vinger omhoog, omlaag, naar links of naar rechts.

Sleep om items in een lijst te bekijken of schuifregelaars te bedienen, bijvoorbeeld.

Een voorbeeld van het gebruiken van het aanraakscherm

Deze bewerkingen op het aanraakscherm zijn beschikbaar in het stand-byscherm voor kopiëren.

Tik op A om het menu met afdrukinstellingen weer te geven.

Sleep omhoog of omlaag en tik vervolgens op een onderdeel om het te selecteren.

U kunt naar boven en naar beneden bladeren in het menu door Omhoog of Omlaag (D) aan te raken.

Nadat de lijst wordt weergegeven, tikt u op een instelling die u wilt selecteren.

Tik op B om het scherm weer te geven waarin u het aantal kopieën kunt selecteren.

Tik op een cijfer om het aantal kopieën op te geven en tik daarna op OK.

Tik op C om het voorbeeldscherm weer te geven.

Wanneer u het voorbeeld aan de linkerkant bekijkt, sleept u de schuifknop (E) omhoog of omlaag om de afbeelding te verkleinen of te vergroten.

U kunt ook op Verkleinen of Vergroten tikken (D) om afbeeldingen te verkleinen of te vergroten. Blijf Verkleinen of Vergroten aanraken om de vergroting te blijven wijzigen.

Tik op OK nadat u de gewenste vergroting hebt bereikt.