naar hoofdtekst gaan

Wat u moet doen als het papier niet normaal wordt ingevoerd

Als het papier niet is vastgelopen (de ondersteuningscode wordt niet weergegeven) en het papier niet normaal wordt ingevoerd, volgt u onderstaande procedure.

Opmerking

  1. Controle 1 Wordt de papieruitvoersleuf geblokkeerd?

  2. Controle 2 Zijn de transporteenheid en de achterklep correct bevestigd?

    Zie Achteraanzicht voor de locatie van de transporteenheid en de achterklep.

  3. Controle 3 Bevinden zich vreemde voorwerpen in de achterste lade?

    Verwijder vreemde voorwerpen uit de achterste lade.

    Als er een vreemd voorwerp in de achterste lade zit, verwijdert u dit zonder de onderdelen in het midden van de achterste lade aan te raken door de onderstaande stappen uit te voeren.

    1. Schakel de printer uit en trek de stekker uit het stopcontact.

    2. Vouw een vel A4-papier dubbel en plaats dit horizontaal in de achterste lade.

    3. Plaats uw hand tussen het papier en de achterste lade om eventuele voorwerpen te verwijderen.

      Belangrijk

      • Raak de onderdelen in het middel van de achterste lade niet aan. Hierdoor kan de printer beschadigen.

    4. Verwijder het vel A4-papier dat u in stap 2 hebt geplaatst.

    Belangrijk

    • Wanneer u de achterste lade controleert of vreemde voorwerpen verwijdert, moet u de printer niet ondersteboven zetten of kantelen. Anders kan er inkt lekken.
  4. Controle 4 Is het papier gekruld?

    Herstel het gekrulde papier voordat u het papier plaatst.

  5. Controle 5 Is het papier correct geplaatst?

    Plaats papier altijd in de lengterichting (A). Als u papier in de breedterichting (B) plaatst, wordt het papier mogelijk niet ingevoerd of kan het papier vastlopen.